Voorganger: Ds. Peter den Braanker

M.m.v. Kerstgelegenheidskoor o.l.v. Karin Heeling – piano – orgel

Liturgie Kerstnachtdienst 2022

Orgelspel

Samenzang voor de dienst:

Lied 477: 1, 2 en 4

1       Komt allen tezamen, jubelend van vreugde:

komt nu, o komt nu naar Bethlehem!

Ziet nu de vorst der eng’len hier geboren.

Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden,

komt, laten wij aanbidden die Koning.

2       De hemelse eng’len riepen eens de herders

weg van de kudde naar ’t schamel dak.

Spoeden ook wij ons met eerbied’ge schreden!

Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden,

komt, laten wij aanbidden die Koning.

4       O Kind, ons geboren, liggend in de kribbe,

neem onze liefde in genade aan!

U, die ons liefhebt, U behoort ons harte!

Komt, laten wij aanbidden, komt laten wij aanbidden,

komt, laten wij aanbidden die Koning.

Lied 476: 1, 3 en 4

1       Nu zijt wellekome, Jesu, lieve Heer,

Gij komt van alzo hoge, van alzo veer.

Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer.

Hier al op dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.

Kyrieleis.

3       Herders op den velde hoorden een nieuw lied,

dat Jezus was geboren, zij wisten ‘t niet.

‘Gaat aan gene straten en gij zult Hem vinden klaar.

Bet’lem is de stede, daar is ‘t geschied voorwaar.’

Kyrieleis.

4       Wijzen uit het Oosten, uit zo verre land,

zij zochten onze Here met offerand’.

Ze offerden ootmoediglijk mirr’, wierook ende goud

Te eren van dat kinde, dat alle dingen behoudt.

Kyrieleis.

Lied 479: 1 en 4

1       Een lied weerklinkt in deze nacht,

ons ooit door engelen gebracht.

Een lied weerklinkt in deze nacht,

ons ooit door engelen gebracht.

Vreugdevol nieuws, want hier is Hij:

de vorst van Gods barmhartigheid!

4       Hij doet de duisternis teniet

en englen zingen ons dit lied,

Hij doet de duisternis teniet

en englen zingen ons dit lied:

Glorie aan God, want vrede is

nu hartslag der geschiedenis.

Lied 484

Refrein:

         Go, tell it on the mountain,

         over the hills and everywhere:

         go tell it on the mountain

         that Jesus Christ is born.

1       While shepherds kept watching

o’er silent flocks by night,

behold, throughout the heavens

there shone a holy light.

Refrein…

2       The shepherds feared and trembled

when lo! above the earth,

rang out the angel chorus

that hailed our Saviour’s birth!

Refrein…

3       Down in a lonely manger

the humble Christ was born,

and God sent our salvation

that blessed Christmas morn.

Refrein:

Go, tell it on the mountain,

over the hills and everywhere:

go tell it on the mountain

that Jesus Christ is born.

 

Welkom (door de ouderling van dienst)

Aansteken van de kaarsen

 

Zingen (staande): Lied 481: 1 en 3

1       Hoor, de englen zingen d’eer

van de nieuwgeboren Heer!

Vrede’ op aarde, ’t is vervuld:

God verzoent der mensen schuld.

Voeg u, volken, in het koor

dat weerklinkt de hemel door,

zing met algemene stem

voor het Kind van Bethlehem!

Hoor, de englen zingen d’eer

van de nieuwgeboren Heer!

3       Lof aan U die eeuwig leeft

en op aarde vrede geeft,

Gij die ons geworden zijt

taal en teken in de tijd,

al uw glorie legt Gij af

ons tot redding uit het graf,

dat wij ongerept en rein

nieuwgeboren zouden zijn.

Hoor, de englen zingen d’eer

van de nieuwgeboren Heer!

Groet:

Voorganger:    In de Naam van de Vader en de Zoon

en de Heilige Geest.

Onze hulp is in de Naam van de Heer,

Gemeente:       die hemel en aarde gemaakt heeft,

 

Voorganger:    die trouw blijft tot in eeuwigheid

Gemeente:       en niet laat varen het werk van zijn handen

 

Gebed van toenadering

(gemeente gaat zitten)

 

Het koor zingt: “Maria had je door”

Kyrië-gebed

Glorialied (samenzang): Lied 487

1       Eer zij God in onze dagen, eer zij God in deze tijd.

Mensen van het welbehagen, roep op aarde vrede uit.

Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo.

2       Eer zij God die onze Vader en die onze Koning is.

Eer zij God die op de aarde naar ons toegekomen is.

Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo.

3       Lam van God, Gij hebt gedragen alle schuld tot elke    prijs,

geef in onze levensdagen peis en vreê, kyrieleis.

Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo.

Gebed, om de opening van het Woord

Schriftlezing: Lucas 2 : 1 – 20

Zingen: Lied 483

1       Stille nacht, heilige nacht!

Davids Zoon, lang verwacht,

die miljoenen eens zaligen zal,

wordt geboren in Bethlehems stal,

Hij, der schepselen Heer,

.        Hij, der schepselen Heer.

2       Hulploos Kind, heilig Kind,

dat zo trouw zondaars mint,

ook voor mij hebt Ge U rijkdom ontzegd,

wordt Ge op stro en in doeken gelegd.

Leer me U danken daarvoor.

Leer me U danken daarvoor.

3       Stille nacht, heilige nacht!

Vrede en heil, wordt gebracht

Aan een wereld, verloren in schuld;

Gods belofte wordt heerlijk vervuld.

Amen, Gode zij eer!

Amen, Gode zij eer!

 

Het koor zingt: “Oh Holy Night”

Overdenking

 

Koor en gemeente zingen:

“Herders in ’t veld van Efratha”

( melodie:Stay with me till the morning’)

Herders in ’t veld van Efratha

horen daar het gloria.

Blij klinkt het door de nacht:

“Uw Koning wacht in een stal”.

Ga dan op weg naar Bethlehem,

luister naar die eng’lenstem.

Kom, o herders, kom, en kijk niet om .. kijk niet om.

Refrein:

Zoek vrede bij dit Kind.

Gezegend wie het vindt.

Voor wie er in Zijn Naam gelooft komt er een nieuwe morgen.

(2x)

Ga mee op weg naar Bethlehem

Luister naar die engelen stem

Kom, o mensen kom, en kijk niet om … kijk niet om.

 

Refrein:

Zoek vrede bij dit Kind. Gezegend wie het vindt.

Voor wie er in Zijn Naam gelooft komt er een nieuwe morgen (2x).

 

Het koor zingt: ‘Messiah Bright Morning Star’

Gebeden

Slotlied (staande): Lied 486

1       Midden in de winternacht

ging de hemel open;

die ons heil der wereld bracht,

antwoord op ons hopen.

Elke vogel zingt zijn lied,

herders, waarom zingt gij niet?

Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,

laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:

Christus is geboren.

2       Vrede was het overal,

wilde dieren kwamen

bij de schapen in de stal

en zij speelden samen.

Elke vogel zingt zijn lied;

herders, waarom speelt gij niet?

Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,

laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:

Christus is geboren.

3       Ondanks winter, sneeuw en ijs,

bloeien alle bomen,

want het aardse paradijs

is vannacht gekomen.

Elke vogel zingt zijn lied;

herders waarom danst gij niet?

Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,

laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:

Christus is geboren.

4       Zie, reeds staat de morgenster,

stralend in het duister,

want de nacht is niet meer ver,

bode van de luister,

die ons weldra op zal gaan;

herders blaas uw fluiten aan.

Laat de citer slaan, blaas de fluiten aan,

laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:

Christus is geboren.

Zegen

Als amen op de zegen zingen we: Lied 425

 

.       Vervuld van uw zegen gaan wij onze wegen

van hier, uit dit huis waar uw stem wordt gehoord,

in Christus verbonden, tezamen gezonden

op weg in een wereld die wacht op uw woord.

Om daar in genade uw woorden als zaden

te zaaien tot diep in het donkerste dal,

door liefde gedreven, om wie met ons leven

uw zegen te brengen die vrucht dragen zal.

 

Orgelspel

Chocolademelk/Glühwein

  • Na de chocolademelk en glühwein

gaan we met elkaar naar buiten,

voor het samen zingen van het lied “Ere zij God”

Ere zij God:

 

Ere zij God. Ere zij God.

In den Hoge. In den Hoge. In den Hoge.

Vrede op aarde, vrede op aarde.

In de mensen een welbehagen!

Ere zij God, in den Hoge,

Ere zij God, in den Hoge,

Vrede op aarde, vrede op aarde.

Vrede op aarde, vrede op aarde.

In de mensen. In de mensen.

Een welbehagen.

In de mensen. Een welbehagen.

Een welbehagen.

Ere zij God. Ere zij God. In den Hoge.

In den Hoge. In den Hoge.

Vrede op aarde. Vrede op aarde.

In de mensen. Een welbehagen.

Amen, Amen.

  Allen hele fijne Kerstdagen toegewenst!

  

Gedicht:

In het licht van de kaars, zie ik de warmte

die ik nodig heb

om te geloven.

 

In het licht van de kaars,

denk ik aan U

die ik nodig heb,

waarmee ik verbonden mag zijn!

 

In het licht van de kaars

herinner ik de woorden

eens uitgesproken,

toen jij/U nog bij me was.

 

In het licht van de kaars

wordt ik stil

Verstilling,

ik mis je zo….